Overslaan en naar de inhoud gaan
© Frederik Beyens

Opera

De Antwerpse operageschiedenis begon in de 17de eeuw in de kamers van de gildehuizen en in de beurs. Later ontstonden de operagebouwen: eerst een prachtige zaal, dan een magnifieke schouwburg, en uiteindelijk een groots operapand.

De allereerste opera's in Antwerpen werden opgevoerd in de 17de eeuw in het operatheater. Deze zaal bevond zich op de tweede verdieping van een gebouw op de Grote Markt waarin de Oude Voetbooggilde huisde en werd uitgebaat door de Aalmoezeniers. Een deel van de opbrengst van de operavoorstellingen ging – de missie van de Aalmoezeniers indachtig – naar de armen.

Steeds grotere zalen

In 1710 werd een groter operatheater gebouwd in het Tapissierspand aan de Komedieplaats. Een prachtige zaal, die aan het begin van de 19de eeuw echter te klein werd. Gelukkig kwam er een nog magnifiekere zaal voor in de plaats: het 'Théâtre Royal' of de ‘Fransche Opera’ van stadsarchitect Bourla, vandaag bekend als de Bourlaschouwburg.

Sinds 1907 is de nieuwe Vlaamse Opera – aan de Frankrijklei – de plek waar de meeste opera’s opgevoerd worden. Al durven sommige voorstellingen wel eens over de stad uitzwermen naar een andere zaal.

Van beperkt tot mondiaal repertoire

In het begin werd vooral het Franse en Italiaanse operarepertoire opgevoerd in het Tapissierspand en het 'Théâtre Royal'. Vanaf 1874 kwamen ook de Nederlands- en Duitstalige opera’s en zangspelen aan bod. Daarvoor moest je toen in de Nederlandsche Schouwburg van Pieter Dens aan de Kipdorpbrug zijn.

In de Vlaamse Opera werd het repertoire het grootste deel van de 20ste eeuw in een Nederlandse vertaling gespeeld. Vandaag worden opera’s er vrijwel altijd in hun oorspronkelijke taal opgevoerd, voorzien van een boventiteling in het Nederlands.

Meld je aan voor de nieuwsbrief